Plaatje keukenprinsesPlaatje Barbie-hoofdje

En ze verrijken de Internet-cultuur met:

breipatronen
elektronische damessalons
verpleegstersnetwerken
feministische actiepagina's
Barbie-sites
Etcetera, etcetera





Het zijn maar willekeurige voorbeelden, en natuurlijk zijn er ook vele vrouwen die meer hebben met motoronderhoud dan met breipatronen, maar ik wil maar zeggen: mannen en vrouwen hebben even veel te zoeken op het Internet. En even veel te halen en te brengen.

Ik denk dan ook dat de zogeheten achterstand van vrouwen snel wordt ingelopen. Tot voor een paar jaar stonden er tegenover 1 vrouw op het Net 9 mannen, maar inmiddels is de verhouding 1 op 2. Dus dat gaat heel hard, al zijn we er nog niet helemaal.
Ik denk dat het gaat zoals met de opleidingskloof: die is nu ook ingelopen, er zitten inmiddels zelfs iets meer vrouwelijke studenten in de collegebanken dan mannelijke. En ze schijnen het tegenwoordig zelfs beter te doen dan jongens - waarmee weer een heel nieuw probleem opduikt: de achterstand van mannen.
Vijftien jaar geleden was een computer iets waar vooral mannen zich aan waagden. Uit hobbyisme of voor hun werk, meestal iets onderzoeks- of automatiseringsachtigs. Tegenwoordig staat op vrijwel elke werkplek een computer: loketten, balies, secretariaten, winkels, cafés. Vandaag de dag gebruikt vrijwel iedereen minimaal een tekstverwerkingsprogramma, thuis of op het werk. Vrouwen net zo goed als mannen.
Met het Internet zal het net zo gaan. Als zo'n technologie eenmaal is doorgedrongen op de werkplek en in het dagelijks leven, als het eenmaal functioneel, redelijk storingsvrij en redelijk gebruikersvriendelijk is geworden, zitten vrouwen ook gewoon met hun vingers aan de knoppen.
Dat gebeurt als het odium van techniek, hobby en puzzel er een beetje af is. Als het een gebruiksvoorwerp is geworden. Als de techniek een taal is geworden. Wat mij betreft hoeft het rommelige en spelachtige er trouwens zeker niet geheel van af, dat vormt juist een van de charmes van het Internet.
Juist omdat het Internet zo'n sociaal en persoonlijk medium is, een medium waarbinnen elke gebruiker meepraat en meewerkt aan de invulling ervan, zal het altijd wel rommelig blijven.

En juist in die rommeligheid gebeurt het: maatschappelijke participatie en interactie.
Daar kunnen de buurtrenovatieplannen vergeleken worden met hoe het elders is aangepakt, daar kun je ervaringen uitwisselen en leren van elkaar.
Daar kan - pakweg - een PvdA-vrouw een debat aangaan met de CDA-vrouwen, naar aanleiding van bijvoorbeeld een Web-site van het CDA-Vrouwenberaad waarin de uitgangspunten uiteen worden gezet.
Daar kunnen ambtenaren van ministeries of gemeenten rondsnuffelen en kijken wat er leeft onder de mensen. En hun beleidsuitgangspunten toetsen.
Daar kunnen actie- of studiegroepen zich organiseren: via e- mail, openbare netdiscussies, elektronische nieuwsbrieven en Web-sites.
Daar worden debatten gehouden over politieke en actuele onderwerpen - of dat nu gaat over de pil al dan niet uit het ziekenfonds, de mogelijkheden van digitale referenda of de laatste fratsen van Frits Bolkestein.
Dit is maatschappelijke participatie in een informatie- en mediamaatschappij, dit is letterlijk netwerken met de rijkdom aan kennis, ervaringen en geluiden van allerhande wijzen en gekken.

Nee, het paradijs of de bevrijding van alle menselijke zielen op aarde zal ook het Internet niet brengen. Wel ben ik ervan overtuigd dat dit medium mensen kan helpen greep te krijgen op de alsmaar ingewikkelder wordende wereld.
En nogmaals: de taal van het Internet is te leren, door iedereen. Als vrouwen de ruimte en de tijd nemen c.q. krijgen, is de man-vrouwverhouding op het Internet binnen de kortste keren fatsoenlijk fifty-fifty.

Het Net heeft in elk geval één groot voordeel: niemand ziet hoe je haar zit...

Surfen over Net? Hier een lijst met 'vrouwen'-plekken